- verbranden
- {{verbranden}}{{/term}}I 〈overgankelijk werkwoord〉1 [door branden vernietigen] brûler♦voorbeelden:1 zijn gezicht is door de zon verbrand • 〈rood〉 son visage est brûlé par le soleil; 〈bruin〉 son visage est bronzéhout tot as verbranden • réduire du bois en cendreseen ketter levend verbranden • brûler vif un hérétiqueII 〈onovergankelijk werkwoord〉1 [door vuur verteerd worden; ook m.b.t. huid] être brûlé2 [aanbranden] brûler♦voorbeelden:1 mijn moeder is erg verbrand • ma mère a pris un bon coup de soleilhij is bij dat ongeluk levend verbrand • il a péri carbonisé dans cet accident2 het vlees staat te verbranden • la viande est en train de brûler
Deens-Russisch woordenboek. 2015.